The Yes Men: Ook activistische kwajongens worden volwassen
Gepubliceerd in Daily Matters, maart 2015 De Yes Men, beroemd om hun bizarre acties waarin ze zich voordoen als vertegenwoordigers van grote bedrijven, zijn ‘volwassen’ geworden. Tussen alle hilarische acties door, vragen ze zich soms stiekem af: ‘Heeft het wel zin?’ Typisch een Yes-Men-actie: je trekt een (slechtzittend) pak aan, huurt een zaaltje, nodigt een boel journalisten uit, en doet alsof je een zeer belangrijk figuur bent van de – in dit geval – Amerikaanse Chamber of Commerce. Vervolgens verklaar je een boodschap die bizar, ‘te mooi om waar te zijn’, of uiterst cynisch is. Je pleit als machtig lobbyorgaan Chamber of Commerce bijvoorbeeld voor een ‘ferme wetswijziging’ om klimaatverandering tegen te gaan. Immers: klimaatverandering is ‘bad for business’. Dat de echte Chamber of Commerce nog tijdens je ‘persconferentie’ komt roepen dat je een zwendelaar bent, doet daar niks aan af. Sterker nog: het leidt alleen maar tot meer media-aandacht. En dus meer aandacht voor het probleem. De actie, die te zien is in de film Yes Men are Revolting, is typisch Yes Men – op één ding na. Want Andy Bichlbaum staat daar in z’n eentje de boel voor de gek te houden. Zijn partner in crime Mike Bonanno heeft afgebeld, wegens gebrek aan een babysitter. Papa Yes Man moet de wereld redden, maar hij heeft tegenwoordig ook de zorg over ‘some other little somethings’: zijn kinderen. Al zo’n vijftien jaar vormen Andy Bichlbaum (die eigenlijk Jacques Servin heet) en Mike Bonanno (echte naam Igor Vamos) het illustere activistenduo Yes Men. Hun tactiek noemen ze ‘identiteitscorrectie’: als nep-woordvoerders van grote bedrijven doen ze verklaringen die de bedrijven volgens hen zouden moeten doen – of ze maken de bedrijven gewoon compleet belachelijk. Bijvoorbeeld in een gouden schaatspak met een enorme opblaasfallus, of met ‘hippe’ astma-inhalators voor de cynische ‘astma is cool’-campagne. Kwajongensstreken met serieuze bedoelingen, tot grote hilariteit van niet in de laatste plaats de Yes Men zelf. ‘Heeft het wel zin?’ Aan het tafeltje in het Mercure Hotel slaakt Bonanno een diepe zucht. “Er zijn ups en downs, natuurlijk”, zegt hij. “Iedereen die lange tijd actievoert, vraagt zich op een zeker moment af: Waarom eigenlijk? Vooral wanneer het lijkt alsof er niks verandert. En ook wanneer je acties wel degelijk succesvol zijn, heb je soms gewoon een dip omdat je gestresst bent. En overwerkt. En oververmoeid.” Misschien komt het doordat hij nét uit een powernap ontwaakte en nog wat slaperig is, maar vermoeid ziet Bonanno er zeker uit. De Yes Men-activiteiten, die beide heren naast hun normale baan doen, zijn de laatste jaren wegens de enorme populariteit behoorlijk uitgebreid. “Vroeger deden we vier acties in een jaar – met z’n tweetjes. Nu hebben we een organisatie met parttime medewerkers. Die moeten gemanaged worden, en salaris krijgen. Daarvoor moeten we geld ophalen. We doen tegenwoordig dus zo’n 20 acties per jaar.” De ijsbeer op de Amsterdamse gracht De ijsbeeractie werd geen mediaspektakel, zoals de bedoeling was, maar een soort theaterstuk, zegt Bonanno. “Er was dat idiote filmpje, tweets van Moby en Pamela Anderson, er was een zingend kind, natuurlijk die merkwaardige acteur die de Gazpromvertegenwoordiger speelde, en -” Ineens is Bonanno stil. “Shit! De acteur! Ik ben hem vergeten uit te nodigen voor de filmvertoning!” Hij klapt zijn laptop open en begint verwoed te klikken. Met een schuin oog op het scherm: “Maar achteraf – en dat blijkt vaak bij mislukkingen – was het tóch ergens goed voor. De ijsbeer werkte prachtig in de film.” Wereldwijd samenwerken Denk dus niet dat de Yes Men de hoop verloren zijn. “Zelfs al zie je heel lang geen resultaat, dan wil dat niet zeggen dat het resultaat niet komt. Denk je dat die mensen die streden tegen apartheid het gevoel hadden dat ze aan het winnen waren? Je kunt pas achteraf beoordelen of het gewerkt heeft. Of wat dacht je van al die mensen die streden voor een acht-urige werkdag? Dat leek ook een utopie. Nu plukken wij er de vruchten van – nou ja, sommige mensen dan.” |