Bedankt hè, voor al dat gratis werk!

,

Gepubliceerd in nrc.next en NRC Handelsblad (mei/juli 2014)

Stagiairs krijgen gemiddeld 265 euro, maar steeds vaker krijgen ze helemaal niets. Terwijl ze dikwijls gewoon meedraaien in het bedrijf. “We merken dat er meer stageplekken worden aangeboden die lijken op een echte baan”

Drie dagen per week behandelt Rosan Kraaijvanger (21) patiënten in een grote fysiotherapiepraktijk in Twente. Ze bekijkt sportblessures, ze doet oefeningen met ouderen die een nieuwe heup hebben gekregen, ze masseert ruggen en schouders. Haar salaris: nul euro.

Dat wist ze van tevoren, Kraaijvanger is namelijk stagiair. ,,Deze praktijk plaatst ieder jaar een hoop stagiairs van mijn opleiding en heeft met school afgesproken dat niemand betaald krijgt. Dat is heel normaal, ook in andere particuliere praktijken krijgen stagiairs geen vergoeding. Ik heb dus niet eens geprobeerd te onderhandelen over een eventuele betaling, het leek me geen goede binnenkomer.”

Toch vindt Kraaijvanger dat een kleine vergoeding best op zijn plaats zou zijn. Ze zit in het laatste jaar van haar studie, over twee maanden mag ze zich – met diploma – officieel fysiotherapeut noemen. ,,Door mijn aanwezigheid kan de praktijk dubbelplannen: mijn begeleider doet de ene patiënt, ik doe tegelijkertijd in het kamertje ernaast een andere. Met andere woorden: ik zorg voor extra inkomsten voor de praktijk. Natuurlijk, ik sta onder supervisie, de eindverantwoordelijkheid ligt niet bij mij. Ik word goed begeleid, en ik ben blij dat ze me vrijlaten en dat ik de mogelijkheid heb hulp in te roepen bij zaken waarover ik onzeker ben. Maar eigenlijk werk ik al.”

De praktijk waarin Kraaijvanger werkt, staat er volgens haar goed voor. ,,Als je ziet hoeveel geld er aan sponsoring wordt uitgegeven, denk ik dat er ook best iets voor de stagiairs af zou kunnen. Het is dat ik met mijn ov-jaarkaart doordeweeks gratis kan reizen, anders zou ik zelfs mijn reiskosten zelf moeten betalen.”

Een op de vijf stagiairs krijgt niets
Bij vakbond CNV Jongeren horen ze het steeds vaker: geen of nauwelijks vergoeding voor de stage. Het is een gevolg van de slechte arbeidsmarkt, zegt voorzitter Michiel Hietkamp. ,,Veel bedrijven hebben niet eens geld om loonsverhogingen te betalen of extra werknemers aan te nemen, dus ook op stagevergoedingen wordt bezuinigd. Het beeld is duidelijk: in de sectoren waar weinig werkgelegenheid is, zijn de stagevergoedingen ook lager.”

Dat blijkt ook uit onderzoek van StudentenBureau, een commercieel stagebemiddelingsbureau. Uit een niet-wetenschappelijke inventarisatie onder bijna tweeduizend studenten, 189 medewerkers uit het bedrijfsleven en 84 medewerkers uit het hoger onderwijs kwam naar voren dat stagiairs in de ICT, techniek en logistiek gemiddeld de hoogste vergoedingen krijgen. Stagiairs in de zorg- en communicatiesector krijgen het minst betaald.

Gemiddeld krijgen stagiairs volgens StudentenBureau zo’n 265 euro per maand voor hun stage. Eén op de vijf stagiairs blijkt echter helemaal niets te krijgen, vorig jaar was dat nog ongeveer 10 procent. Werkgevers zijn niet verplicht een stagevergoeding te betalen aan studenten die voor hun studie moeten stagelopen, maar volgens StudentenBureau zou het wel getuigen van ,,enig respect” om de studenten tegemoet te komen. ,,Ik vind het een fatsoensnorm”, zegt directeur Laurens Simonse. ,,Met een kleine vergoeding – zeg 275 euro – laat je zien dat je zo’n student serieus neemt. Sommige stagiairs werken zich gratis fulltime in het zweet voor een bedrijf. Het is toch geen vriendendienst?”

Om rond te komen heeft Rosan Kraaijvanger een studentenlening en werkt ze op zaterdag en zondag in de horeca. ,,Na een heel weekend horecawerk, heb ik iedere maandag de langste stagedag van de week: van acht uur ‘s ochtends tot acht uur ‘s avonds. Daarna ben ik echt bekaf. Natuurlijk gaat mijn stage voor, maar soms denk ik weleens dat er iets meer oog zou mogen zijn voor de situatie van de stagiair.”

Sinds de stage in de jaren zeventig opkwam, is ze steeds belangrijker geworden, zegt Hietkamp van CNV Jongeren. ,,In iedere mbo- en hbo-opleiding is het tegenwoordig een verplicht onderdeel, en ook in universitaire studies rukt de stage op.” Vooral in crisistijd lijken bedrijven daar goed van te profiteren. ,,We merken dat er meer stageplekken worden aangeboden die lijken op een echte baan”, zegt Simonse van StudentenBureau. De stagiair zou zo een goedkope tijdelijke oplossing kunnen zijn in tijden van ontslagen en reorganisaties.

Leerling of koffiehaler?
Hoewel de stage een vast onderdeel is geworden van de arbeidsmarkt en van de carrière van jongeren, is het nog steeds een ,,onderontwikkeld thema”, meent Hietkamp. ,,Het ene bedrijf ziet de stagiair als tijdelijke werknemer, het andere ziet hem als leerling, weer een ander gebruikt hem als koffiehaler. Met de vergoeding wordt op eenzelfde manier omgesprongen: schijnbaar willekeurig.”

De rode draad in het verhaal is dat er vanuit de overheid geen regelgevend kader is over de stages, zegt ook hoogleraar arbeidsrecht Mijke Houwerzijl. ,,Op dit moment wordt de invulling en de vergoeding van de stage geheel overgelaten aan de markt”, zegt zij. ,,De positie van de stagiair is in de Nederlandse wet niet gedefinieerd. Dus wanneer is iets een stageovereenkomst, en wanneer spreek je van een arbeidsovereenkomst? Aangezien er niets is vastgelegd, is het makkelijker voor bedrijven bedoeld of onbedoeld misbruik te maken van de stagiair. Want wat valt er wel en niet onder ‘stage’?”

Florine Wery (26) stond twee maanden in haar eentje voor de klas, zonder begeleiding en zonder vergoeding. Wery, derdejaars student omgangskunde, loopt stage op een middelbare school. ,,In eerste instantie gaf ik lessen samen met mijn stagebegeleider. Toen één van de andere docenten ziek werd, vroeg de schoolleiding of ik haar lessen wilde overnemen. Mijn stagebegeleider had er vertrouwen in, die zei dat ik dat wel kon. Aangezien ik een gat opvulde, waren er geen docenten om me te begeleiden.”

Behalve klachten over de lage vergoeding, krijgt CNV Jongeren steeds vaker berichten van stagiairs dat de begeleiding te wensen over laat. ,,In crisistijden liggen de prioriteiten van bedrijven nu eenmaal niet bij de stage”, verklaart Hietkamp. CNV Jongeren pleit dan ook voor een algemeen regelgevend kader waarin de rechten van de stagiair worden vastgelegd. Ook wil de vakbond dat er afspraken worden gemaakt over de vergoeding.
Wetten schrikken bedrijven af

Maar dat blijkt lastig. ,,Wij vinden 180 euro een redelijk minimumbedrag”, zegt Hietkamp. ,,Daarmee heeft de stagiair nog net wat financiële ademruimte: 5 euro per dag voor eten en drinken. Dat is wel echt de bodem. Zoveel betalen we zelf ook aan onze stagiairs.” Toch is de vakbond op dit moment niet voor een wettelijk landelijk minimum. ,,In sommige sectoren is een tekort aan stageplekken. Als je de stagiair voor werkgevers aantrekkelijk wilt maken, moet je uitkijken met landelijke regels. De ene sector kan zich meer permitteren dan de andere. Het lijkt ons daarom goed om het minimum in de cao’s te regelen.”

Het gevaar bestaat dat landelijke regels en wetten werkgevers afschrikken, geeft ook hoogleraar Houwerzijl toe. ,,Maar we zouden op zijn minst bepaalde aspecten van de wettelijke werknemersbescherming kunnen overnemen voor stagiairs. Stagiairs vallen bijvoorbeeld al – net als werknemers – onder de Arbowet en de Arbeidstijdenwet. Wellicht kunnen we ook minimum- en maximumvergoedingen voor stages vastleggen.”

Stagiair Wery mag dan geen stagevergoeding krijgen, ze is blij dat ze überhaupt terechtkon op de stageplek van haar keuze. Daarbij, toen haar werd gevraagd of ze wilde invallen voor de zieke collega, heeft ze daarmee zelf ingestemd. ,,Het was geen panieksituatie van: o god, iemand moet het doen, doe jij het maar. Het werd keurig in overleg met school en mij besloten. Het is heel leerzaam in je eentje voor de klas te staan.” Wery dacht nog even dat ze in haar andere rol misschien wél een vergoeding zou krijgen. ,,Maar nee. Misschien krijg ik op het eind van mijn stage een bos bloemen, of een fles wijn.”

Nederland stageland
Bijna nergens in Europa wordt zoveel stage gelopen als in Nederland. Maar liefst 79 procent van de jongeren tussen 18 en 35 jaar heeft weleens stage gelopen, zo blijkt uit grootschalig Europees onderzoek in opdracht van de Europese Commissie dat eind vorig jaar werd gepubliceerd. Alleen in Cyprus was het percentage stagiairs even hoog. Het EU-gemiddelde was 46 procent. Nederlanders lopen bovendien vaak meer dan één stage: bijna eenderde van de Nederlandse studenten heeft zelfs meer dan drie stages gelopen.
In vergelijking met andere EU- landen kregen relatief veel Nederlandse stagiairs een stagevergoeding: bijna 60 procent van de Nederlandse stagiairs werd betaald, tegen een EU-gemiddelde van 40 procent. De Nederlandse stagevergoeding bleek echter geen vetpot. In de EU zei 46 procent van de stagiairs dat hun vergoeding genoeg was om de huur te kunnen betalen en in onderhoud te kunnen voorzien. In Nederland was dit maar bij 32 procent van de betaalde stagiairs het geval.

129
euro krijgen stagiairs in de zorg slechts
De gemiddelde stagiair in de zorg verdient maandelijks 129 euro. Volgens Studentenbureau zijn de vergoedingen in de zorg het laagst. Ook stagiairs die sociale wetenschappen studeren krijgen relatief weinig (gemiddeld 192 euro).

343
euro voor stagiairs in de ICT – dat is veel
De gemiddelde ICT-student krijgt maandelijks 343 euro voor zijn stage. De ICT-sector is daarmee de best betalende sector voor stagiairs.

4.000
euro in San Francisco
Vergoedingen van 6.000 dollar per maand (4.350 euro) zijn niet uitzonderlijk bij grote techbedrijven in San Francisco. Op nummer één in de top-25 best betalende stagebedrijven van carrièresite Glassdoor.com staat softwarebedrijf Palantir. Stagiairs krijgen er zo’n 7.000 dollar. Twitter (nummer 3) betaalt 6.791 dollar, LinkedIn (nummer 4) 6.230 dollar.