Mexico: Hysterisch huilende moeders met vrolijke polkamuziek op de achergrond

,

Gepubliceerd in Daily Matters, maart 2014

De 28-jarige Hester van Nierop werd in de Mexicaanse stad Ciudad Juárez vermoord en verkracht. Haar moeder Arsène bekijkt de film Narco Cultura, waarin de afschuwelijke moorden in die stad worden afgewisseld met een popcultuur die geweld verheerlijkt.

Edgar Quintero maakt met zijn driejarige zoontje een ritje op de fiets. Zachtjes zingt hij een vrolijk deuntje voor het jochie: ‘We zijn bloeddorstig, we houden van moorden.’ Hij heeft het liedje zelf geschreven, Quintero is de frontman van een populaire narcocorridos-band, een Mexicaanse variant van gangstarap die het leven van de ‘succesvolle’ Mexicaanse drugsbazen bezingt.

Vrolijke moordmuziek
De documentaire Narco Cultura van Shaul Schwarz is een bijna cynische afwisseling van twee verhaallijnen. We volgen Quintero, die met zijn narcocorridos behoort tot de subcultuur waarin geweld en drugs worden verheerlijkt, en Richie Soto, een forensisch onderzoeker in Ciudad Juárez, een van de gevaarlijkste steden ter wereld. Een optreden van Quintero en zijn band: vrolijke polka-achtige muziek met tuba’s en accordeons, bazooka’s op het podium, en een uitzinnige zaal vol Latijns-Amerikaanse jeugd die teksten meebrult over AK-47′s en ‘ik snijd je keel door’. Groot feest.

Soto daarentegen rijdt van de ene plaats delict naar de ander. Lijken in alle soorten en maten passeren de revue: verbrand, in stukken gehakt, achtergelaten langs de kant van de weg – vaak vergezeld door hysterisch huilende moeders of familieleden. Vaak zijn het afrekeningen in de voortwoekerende oorlog tussen twee drugskartel, maar vaak ook waren mensen domweg op de verkeerde plek, verzucht Soto.

Naakt onder het bed geschoven
Zo was het ook bij Hester van Nierop, die vijftien jaar geleden op doorreis in Juárez min of meer ‘toevallig’ werd vermoord. In haar woning in Voorburg kijkt moeder Arsène van Nierop stilletjes naar een voorvertoning van Narco Cultura. “Het houdt maar niet op”, zegt ze bij het zoveelste lijk. “Geweld is daar een bijna vanzelfsprekend onderdeel van het dagelijks leven.”

In 1998 bezochten de toen 28-jarige Hester en haar ouders Hesters zus in Mexico, die daar vrijwilligerswerk deed met schildpadden. Na een week samen rondreizen, zou Hester naar de VS vertrekken om daar een stage te zoeken. Haar zus keerde terug naar de schildpadden, hun ouders naar Nederland. “We wisten dat het bij de grensplaats Tijuana gevaarlijk was”, vertelt moeder Van Nierop. “Hester zou daarom via Ciudad Juárez naar de VS reizen. Juárez lag in de woestijn, en was een ‘saaie industriestad’, schreef Lonely Planet.” Een paar dagen nadat Arsène en haar man weer thuis waren, kregen ze politie aan de deur: Hester was gevonden in een hotel in Juárez. Naakt, met een handdoekje om haar middel onder het hotelbed geschoven. Dood. Ze bleek ook verkracht. De Mexicaanse politie wist te melden dat Hester met een man was gesignaleerd in een café. Uit een verklaring van een receptioniste bleek dat Hester later met diezelfde man een tijd lang bij de hotelbalie had staan discussiëren. Daarna zijn de twee niet meer gezien.

‘Politie doet niks’
In Narco Cultura werkt Soto zich met gevaar voor eigen leven drie slagen in de rondte om zoveel mogelijk bewijsmateriaal te verzamelen. De plaats delict bezoekt hij met een soort bivakmuts op, om te voorkomen dat omstanders hem later zullen herkennen. In een paar jaar heeft hij al vier collega’s verloren: allemaal vermoord op weg van hun werk naar huis, of andersom.

“Die ervaring van idealistische en hard werkende politiemannen heb ik bepaald niet”, zegt Van Nierop. “Nou ja, ze zijn allemaal vast vreselijk hard aan het werk. Er gebeurt alleen geen bal.” Toen Van Nierop in 2004 met haar man afreisde naar Juárez, sprak ze de politieman die Hesters lijk had onderzocht. “Hij maakte zich er gemakkelijk van af. Ja, hij was wel wat met de zaak bezig geweest, maar na een tijdje kreeg ‘ie het te druk. Er is nauwelijks bewijsmateriaal, omdat hij niet zorgvuldig is omgesprongen met Hesters spullen waarop mogelijk vingerafdrukken hebben gezeten. De algemene houding op het politiebureau was: ‘Waar maken die mensen zich druk om?’ Het was gewoon niet zo belangrijk voor ze. Later is die politieman trouwens gepromoveerd tot hoofd van het forensisch instituut.”

Van Nierop zag in dat wanneer zij niet voortdurend de Mexicaanse instanties onder druk zou zetten, er niets zou gebeuren. “Het was er zo’n corrupt zootje, ik dacht: het heeft nog meer effect als ik vanuit Nederland ga roepen, dan dat ik probeer ter plekke iets voorelkaar te krijgen.” Van Nierop zette Stichting Hester op, waarmee ze geld inzamelt voor Casa Amiga, een opvanghuis voor vrouwen in Juárez dat psychische, medische en juridische begeleiding aan vrouwen biedt. Daarnaast bracht ze voortdurend de zaak Hester onder de aandacht bij het ministerie van Buitenlandse Zaken, de koningin, de ambassade. Telkens wanneer een prominente Nederlander contact had met de Mexicaanse overheid werd de vraag gesteld: ‘Is de zaak Hester al opgelost?’

Straffeloosheid
In Narco Cultura zegt Soto mismoedig dat zijn collega’s en hij ook wel ‘kogelverzamelaars’ worden genoemd, omdat ze enkel forensisch materiaal komen halen, en er zelden een zaak wordt opgelost – laat staan dat het komt tot een veroordeling. Ondertussen tonen macho’s met machinegeweren in de videoclips van de narcocorridos hun fans fijntjes dat geweld de enige weg is naar roem en macht. “Het probleem zit zo verankerd in de samenleving daar”, verzucht Van Nierop. “De straffeloosheid lijkt wel oneindig.”

Toch leidde Van Nierops ‘gedram’ ertoe dat er eind januari, ruim vijftien jaar na dato, een verdachte in de zaak Hester is opgepakt. Van Nierop: “Prachtig natuurlijk, maar het is alleen omdat Hester toevallig het enige buitenlandse slachtoffer is. En al die duizenden andere vrouwenslachtoffers van Juárez dan? Voor hen vecht ik verder.”